Zijn we te verschillend?

In de eerste periode van verliefdheid ben ik net als menig ander euforisch. Ik zie geen obstakels, want alles is perfect. Bijna te mooi om waar te zijn, en dat is eigenlijk ook zo. Pas na een tijdje, wanneer je die onzichtbare roze bril kwijt bent, kom je erachter hoe iemand echt is.

Ik vind dit omkeerpunt doodeng. Die eerste echte ruzie waarmee de fundering van de relatie op de proef wordt gesteld. Op welk vlak kunnen we ingeven, waar liggen de grenzen en is de liefde sterk genoeg? Eerder schreef ik al over hoe verschillend mijn vriend en ik zijn. Ik vind het juist heel mooi hoe we elkaars horizon op deze manier verbreden. Gelukkig zijn er ook genoeg raakvlakken waarin we wel hetzelfde denken, van dezelfde dingen houden en dezelfde normen en waarden hebben. Mijn feministische standpunten zijn daar geen onderdeel van. Of naja, hij ziet dat niet zo, en misschien vond ik dat zelfs nog erger. Hoe kun je zo makkelijk denken over iets dat voor mij zo belangrijk is? Ik plantte een twijfelzaadje in mijn hoofd dat zich razendsnel ontpopte tot een probleemboom. Met stereotyperend vrouwelijk denkgedrag had ik binnen no time een toekomstbeeld ontwikkeld, waarin ik mijn vriend tegen onze fictieve dochter zag zeggen dat meisjes niet met te veel jongens naar bed mogen gaan omdat ze anders als slet gezien worden. En dat terwijl we net hadden besloten om samen te gaan wonen. Nog zo’n doodeng iets, waarvan ik me eigenlijk had voorgenomen dat ik dat alleen nog zou doen in MIJN huis. Hell no, dat ik nog een keer op straat zou komen te staan en opnieuw zou moeten beginnen als het niet zou werken. Maar goed dat standpunt verviel een beetje, want één ik had nog geen huis, en twee het voelt als een goede beslissing om er samen voor te gaan. Story of my life, mijn hersenen en mijn hart die het niet met elkaar eens zijn.

Angst, ik predik altijd dat het een illusie is. Waarom zou je je energie verspillen aan een emotie die een negatieve gedachte in stand houdt? Bang zijn voor het onbekende, voor iets dat wellicht nooit zal gebeuren is tijdverspilling. ‘Practice what your preach’ gaat me in dit geval lastig af. Gelukkig is daar altijd mijn vriend die me gerust weet te stellen. Die mijn angsten wegneemt en de plekjes opvult met warme liefde. Op zulke momenten kijk ik vol bewondering naar wie hij is. Ik ben degene met “meer ervaring”, degene die vijf jaar ouder is en al twee keer eerder heeft samengewoond. En dat betekent wanneer het erop aankomt helemaal niets. Hij is degene die mijn muur helpt af te breken. Die mijn hart helpt te ontgrendelen en bevrijden. Heel af en toe trek ik me uit automatische zelfbescherming nog even terug. Ik krijg dan alle vrijheid en tijd die ik nodig heb om mijn oud zeer te verwerken, ook wanneer hij mijn emoties niet begrijpt. Het is heel fijn om daarin niet gepusht te worden. Ik vind healing op sommige momenten ontzettend zwaar, alsof de pijn nog vers is. Het is een proces zonder definitief tijdsbestek dat komt en gaat. Een ijsberg die onder de warmte van (zelf)liefde langzaam smelt totdat er uiteindelijk niets meer van over is. Dat echte ijsbergen blijven smelten is natuurlijk niet de bedoeling, maar dat is een ander verhaal.

Ik geloof dat je mindset ontzettend veel invloed heeft op wat je toekomt. Toen ik nog vrijgezel was had ik een soort mantra voor mezelf gemaakt, en besloot ik niet langer meer te hopen maar te geloven. Ik geloofde dat ik het verdiende om bemind te worden in de liefdestaal die mijn hart spreekt. Ik geloofde dat ik het verdiende om gelukkig te zijn. Ik geloofde in een liefde closer dan dat beste vrienden kunnen zijn. Ik werd specifiek over mijn behoeften en geloofde dat er een geweldige man bestaat die relaxed is en geen ruzies forceert. Die me niet beoordeelt. Die niet de controle wil hebben over wat ik doe, hoe ik het doe, hoe ik me moet kleden, of hoe ik zou moeten denken. Die me laat lachen, vrouw laat voelen, veilig laat voelen en mijn innerchild naar boven haalt. Die me accepteert, respecteert en ziet. Die me ondersteund nog meer van mezelf te houden. Zelf moest ik natuurlijk dan ook het benodigde werk doen, dus ik begon van mezelf te houden en distantieerde me van iedereen die die liefde niet kon evenaren. En ik deed alleen nog dingen die voor mij bijdroegen aan het creëren van geluk. Ineens besefte ik me dat me is toegekomen wat ik bijna twee jaar geleden had uitgesproken. Ik kan mijn vriend af en toe heus wel achter het behang plakken, en hij mij vast ook. Maar ik ben zo dankbaar voor de liefde die ik nu mag ontvangen, de rust die het me geeft. En nu ik al mijn gierende emoties weer begrijp en een plekje heb gegeven, vraag ik me zelf opnieuw af: zijn we echt te verschillend? Of was ik gewoon bang voor iets dat wellicht nooit verkeerd zal uitpakken. Een illusie. Als hij kan accepteren dat ik anders denk, me daarin in mijn waarde laat en zelfs ondersteund ondanks dat hij het niet met mij eens is, dan kan ik dat toch ook.